Zonnebloem, waar zijn je velden?
Waar is het blauw van mijn aquarelblokje,
waar is de gebarsten gele lijn in een bunkerspleet,
waar is het licht in deze lente, zonnebloem,
dat jou doet kiemen nu de lucht zo vrolijk schijnt?
En ook, wat ik mij afvraag, zonnebloem,
waar is de pil die ons tegen deze ziekte kan beschermen?
Er is immers een schaduw over ons grensgebied gevallen
en ik heb ze allemaal geprobeerd: gele, blauwe,
de gratis door de regering uitgedeelde pillen,
niets lijkt echt te helpen.
Kinderen worden in kelders geboren.
Voetbalclubs worden geruild voor wapens.
Wij sturen fietshelmen om je te beschermen,
afgekeurde vechtersbazen, uniformen
die je ruilt met vrouwen, kinderen.
Vroeger dacht ik, zonnebloem, er is altijd een hand
die je voor je uit kan steken om nee te zeggen.
Nee, van ga niet verder,
maar mijn blaadjes hangen en ik weet beter.
Het is de nee van wij kunnen niet meer terug.